Frans
Tijdens hun scheiding moeten Isabelle en César een minnelijke schikking treffen voor het hoederecht over hun drie kinderen. Het komische schuilt in het woord ‘minnelijk’.
Te veel is te veel. Na 15 jaar samenleven, 1 huis, 3 kinderen, 793 keer de koelkast volstouwen en 4589 scheldpartijen, vindt Isabelle dat het stilletjes aan genoeg is geweest. Ze had nochtans beslist om niet voor eeuwig de was en de plas te doen en om een job te vinden in een bureau voor stadsplanning. Vol vertrouwen trekt ze naar haar sollicitatie ... Maar haar man César, een ondernemer, was vertrokken naar een werf en had ‘per ongeluk’ de presentatiemaquette in zijn koffer gedropt waaraan Isabelle maanden minutieus had gewerkt! César probeert zoals gewoonlijk alles te relativeren, maar Isabelle ziet deze onbewuste daad als een gebrek aan respect en laat dit niet zomaar passeren.
Pablo (17 jaar), Matilda (13 jaar) en Lili (8 jaar) kijken al lang niet meer op van de ouderlijke ruzies. Ze hebben al zoveel beledigingen en liefdesverklaringen aangehoord van dit explosieve koppel. Maar deze keer is het er pal op: Isabelle vraagt de scheiding aan! César vindt het moeilijk om deze bedreiging ernstig te nemen ... Hoe zouden ze zonder hem kunnen? Pas in het kantoor van de familierechter beseft hij dat de zaak wel degelijk officieel is. Ze doen nog vijf minuten alsof alles losjes verloopt, maar het draait al snel uit op ruzie om te eindigen in een gevecht over het hoederecht over de kinderen. Isabelle stelt een klassiek systeem voor met bezoekrecht van de vader tijdens de weekends, omdat hij toch nooit tijd heeft om bezig te zijn met de kinderen. César protesteert en vindt dit onzin. Hij begint te improviseren en komt aandraven met het idee om een sabbatjaar te nemen en zich helemaal aan zijn gezin te wijden. Isabelle barst daarop in lachen uit: ze gelooft er geen woord van. César is gekwetst en dient haar van antwoord ... Voor het helemaal uit de hand loopt en “in het belang van de kinderen” beslist de rechter de scheiding alleen te willen uitspreken op voorwaarde dat een minnelijke schikking wordt bereikt waarin ook de kinderen zich kunnen vinden. Hij laat ze drie maanden afwisselend bij hun moeder en vader verblijven en stuurt iedereen naar de gezinsbemiddeling, “zodat het conflict kan bedaren”.
Maar voor César en Isabelle, die nu koppig en vol overgave met getrokken messen tegenover elkaar staan, betekent een consensus alleen maar last. Sabotage, stoten onder de gordel, spionage en chantage, dát is het leven! ... Ook na hun scheiding blijven ze onafscheidelijk en wakkeren ze het conflict voortdurend aan om geen afscheid te moeten nemen van elkaar.
Kinderen van de rekening Pablo, Matilda en Lili dachten dat een scheiding voor vrede en kalmte zou zorgen tussen hun twee grofgebekte ouders, maar ontpoppen zich tot scheidsrechters in een genadeloze (en waarschijnlijk eindeloze) strijd. En het begint meteen goed: het eerste offensief van César is verhuizen naar de andere kant van de straat, naar het huis aan de overkant ...
Bij wie is het beter? Bij moeder of vader?