Frans
1976. Een zomer van extreme hitte en droogte in heel Europa.
In een bescheiden familieboerderij voelt de 13-jarige Gus goed dat de hitte niet alleen een impact heeft op de dieren en gewassen, maar ook op het gedrag van de volwassenen om hem heen. Zijn moeder, met wie hij een sterke band heeft, verlaat het gezin voor een andere vrouw. Zelf verzet hij zich tegen het werk dat hij moet verrichten op de boerderij. Toch zal hij het werk moeten doen in de plaats van zijn vader, die zich opsluit in zijn kamer. Uiteindelijk is dit ook voor Gus de tijd van de eerste grote emoties, die hij beleeft met typische onbeholpenheid.
Deze hete zomer is de zomer van zijn eerste levenslessen, die het toneel vormt van de afbrokkelende wereld van de jongeman: de traditionele boerenwereld die wordt getroffen door de droogte, die van zijn geruïneerde vader, die van zijn gezin met het uiteenspatten van de relatie van zijn ouders.
In enkele maanden tijd laat hij de onschuld van zijn kindertijd voorgoed achter zich.